Communicatie met collega’s en werkgever als je een chronische aandoening hebt
Voor werken met een chronische aandoening zijn misschien de nodige aanpassingen nodig. Deze maken dat het voor jou haalbaar is om het werk te blijven doen. Hierover communiceren op je werk is dus heel belangrijk, zodat anderen rekening kunnen houden met wat jij nodig hebt.
Dat dit nog best wel lastig kan zijn, is logisch. Tegelijkertijd is het heel belangrijk, want juist als je dit níét doet, weet de ander niet wat jij nodig hebt en wordt er niet genoeg rekening gehouden wat jij nodig hebt om het werk te blijven doen, zonder dat jij over je grenzen gaat. Uiteindelijk ben je daar namelijk verder mee van huis.
Onderstaande tips geven je richting hoe je e.e.a. bespreekbaar kunt maken met je werkgever en collega’s, zodat je beter je werk kunt doen.
1. Je werkgever heeft er niets aan als je uitvalt
Je werkgever is er niet bij gebaat als jij uitvalt doordat je over je grenzen gaat of het werk op een te belastende manier moet doen. Het is dus ook in je werkgever zijn voordeel om jouw functie zo in te richten dat jij je werk optimaal kunt doen.
Een zieke werknemer kost voornamelijk veel geld, daarbij gaat er veel tijd zitten in het zoeken en inwerken van een nieuwe medewerker.
Juist door eerlijk en open te zijn over je klachten komt je werkgever te weten waar rekening mee te houden om de kans op uitval te verkleinen. Dus bespreek waar je tegenaan loopt, geef aan waar je mee geholpen zou zijn om het werk makkelijker te maken en denk zelf actief mee in mogelijke oplossingen.
2. Communicatie op het werk over je aandoening zorgt voor duidelijkheid
Om prettig samen te kunnen werken met je collega’s is het handig als zij op de hoogte zijn van jouw situatie. Op deze manier kunnen ze ook beter inspelen op jouw behoeften en weten ze goed wat ze van je kunnen verwachten.
Leg ze bijvoorbeeld uit waar jij door jouw ziektebeeld behoefte aan hebt, wat het voor je betekent en hoe jij hier rekening mee moet houden. Ook de dingen die je zelf lastig vindt kun je benoemen, zoals een wisselend energieniveau of klachten die plotseling op kunnen duiken. Dit geeft duidelijkheid en hopelijk meer begrip.
Jouw ziekte zegt niets over jou als persoon of hoe je werkt. Iedereen heeft bepaalde manieren waarop hij/zij zijn werk het beste kan doen en prettig werkt. Dat is in jouw geval door je ziekte alleen wat specifieker misschien.
3. Benoem in een gesprek wat je wél kunt doen
Het kan je werkgever en collega’s helpen als je zelf kunt benoemen wat je eventueel wél kunt doen. Dat je een chronische aandoening hebt betekent niet dat je niets kunt doen, maar wel dat je soms wat meer aanpassingen nodig hebt.
Door zelf met oplossingen en mogelijkheden te komen laat je aan je collega’s en werkgever zien dat je gemotiveerd bent om aan het werk te blijven. Daarnaast laat je hiermee zien dat je graag meedenkt en met oplossingen komt.
– Kun je bijvoorbeeld niet een lange tijd aaneen werken? Geef dan aan dat je vaker pauzes nodig hebt of je dagen meer verdeeld over de week.
– Lukt het je niet om bij een teamvergadering te zijn? Vraag dan of het mogelijk is om dit via Teams/Zoom bij te wonen zodat je thuis in je eigen omgeving bent en eventueel zelfs liggend de vergadering kunt volgen. Inmiddels door corona heel gewoon geworden 😉
– Zijn bepaalde taken te zwaar voor je? Geef aan welke taken je wel goed kunt uitvoeren of geef aan met welke aanpassingen het wel zou lukken.
Door hier een actieve rol in te hebben, help je dus zowel jezelf als je werkgever/collega’s. Zij zijn vaak niet zo bekend met het ziektebeeld.
4. Wees transparant over wat je wel en niet kunt
Eerlijk zijn over jouw situatie is van groot belang. Op deze manier hoef je niet op je tenen te lopen, kun je beter je grenzen aangeven en begrijpen je collega’s als je een bepaalde taak niet kunt uitvoeren. Het kan lastig zijn om je kwetsbaar op te stellen, maar juist door dit wel te doen zul je meer waardering krijgen en maak je de situatie voor jezelf wat makkelijker.
Door meteen eerlijk te zijn en je grenzen te stellen weten anderen goed wat ze van je kunnen verwachten en zal ook minder snel gevraagd worden of jij die taak kunt uitvoeren. Dit geeft rust.
5. Jouw ziekte zegt niets over jou of je manier van werken
Veel mensen met een chronische aandoening hebben het idee dat ze 200% moeten presteren om gewaardeerd te worden.
Het gaat in veel gevallen om de uitkomst van een taak of werkzaamheid, niet zo zeer om het proces. Probeer voor jezelf ook los te koppelen dat jij meer moet presteren dan je collega’s omdat jij een chronische aandoening hebt. Je hoeft je niet te bewijzen, of extra je best te doen.
Vertrouw erop dat je het goed doet en zie je zelf niet als minderen in vergelijking met je collega’s. Dat jij een chronische aandoening hebt, wil niet zeggen dat je minder goed functioneert. Je doet het wellicht op een andere manier.
6. Geef aan als het even niet gaat
Voor zowel je werkgever als collega’s kan het prettig zijn als je direct aangeeft als het even niet gaat. Het is voor hen maar zeker ook voor jezelf prettiger als je op tijd een stap terug doet, dan dat je vol frustratie en stress je werk aan het doen bent. Anderen weten op zo’n moment niet wat er met je is en gaan je misschien afkeuren op je gedrag en jij gaat vol over je grenzen.
Door meteen aan de bel te trekken kun je er ook voor zorgen dat je sneller je rust kunt nemen of een stapje terug kunt doen. Daarbij weten je collega’s op deze manier wat er met je aan de hand is waardoor ze ook geen conclusies zullen trekken die niet kloppen.
7. Accepteer hulp van anderen
Krijg je feedback? Geeft iemand je tips? Of biedt iemand hulp aan? Voel je niet meteen aangevallen maar ga er vanuit dat de ander het goed bedoelt en het zegt om jou te helpen. Juist omdat de ander van een afstandje naar jouw situatie kijkt kan je collega nog niet eens zo’n gekke ideeën hebben. De kunst is alleen om je niet meteen aangevallen te voelen, maar eens na te denken over wat de ander je zegt. Misschien kun je er wel wat mee!
Daarbij is het belangrijk om hulp te durven vragen én deze ook te accepteren. Je hoeft niet alles alleen te doen en je hoeft je niet te bewijzen. Ben juist dankbaar voor de hulp die wordt aangeboden.