Het Goede Gesprek

Om een gesprek tussen de medewerker met een chronische aandoening en de leidinggevende in een veilige en goede sfeer te voeren is het van belang om als leidinggevende een luisterend oor te bieden en begrip te tonen voor de situatie. Daarnaast is het tijdens dit gesprek ook van belang dat er sprake is van een ontspannen en open sfeer. Een gelijkwaardig gesprek waarin de medewerker de ruimte krijgt om zijn verhaal te doen, en dat er samen naar mogelijkheden en oplossingen gezocht kan worden is in dit geval erg belangrijk (Post, Hoogbergen, Lettink, Raaijmakers, & Baart, 2016).

Er zijn een aantal punten waarmee de leidinggevende ervoor kan zorgen dat er een veilig en goed gesprek kan plaatsvinden. Allereerst is het van belang dat de leidinggevende de tijd neemt voor het gesprek en dat er voor een rustige gespreksruimte wordt gezorgd. Ten tweede is het goed dat de leidinggevende samen met de medewerker een agenda vaststelt met daarin de punten die ze willen bespreken. Hierbij is het van belang dat de leidinggevende de medewerker de ruimte geeft om met zijn/haar punten te beginnen. Wanneer er in het gesprek knelpunten zijn, is het goed om als leidinggevende door te vragen om erachter te komen wat de knelpunten precies zijn. Daarnaast is het ook van belang om aan de medewerker te vragen hoe hij/zij de knelpunten zou oplossen. Ten derde is het van belang dat de leidinggevende samen met de medewerker bespreekt wat goed gaat en waar verbeteringen zitten. Op deze manier kan er samen naar oplossingen gezocht worden. Tot slot is het belangrijk dat de leidinggevende laat merken dat de medewerker bij hem/haar terecht kan. Dit zal ervoor zorgen dat de medewerker sneller het gesprek aangaat wanneer er iets niet goed gaat (Post, Hoogbergen, Lettink, Raaijmakers, & Baart, 2016).

Een gelijkwaardig gesprek waarin de medewerker de ruimte krijgt om zijn verhaal te doen, en dat er samen naar mogelijkheden en oplossingen gezocht kan worden is in dit geval erg belangrijk (Post, Hoogbergen, Lettink, Raaijmakers, & Baart, 2016).

Er zijn een aantal punten waarmee de leidinggevende ervoor kan zorgen dat er een veilig en goed gesprek kan plaatsvinden. Allereerst is het van belang dat de leidinggevende de tijd neemt voor het gesprek en dat er voor een rustige gespreksruimte wordt gezorgd. Ten tweede is het goed dat de leidinggevende samen met de medewerker een agenda vaststelt met daarin de punten die ze willen bespreken. Hierbij is het van belang dat de leidinggevende de medewerker de ruimte geeft om met zijn/haar punten te beginnen. Wanneer er in het gesprek knelpunten zijn, is het goed om als leidinggevende door te vragen om erachter te komen wat de knelpunten precies zijn. Daarnaast is het ook van belang om aan de medewerker te vragen hoe hij/zij de knelpunten zou oplossen. Ten derde is het van belang dat de leidinggevende samen met de medewerker bespreekt wat goed gaat en waar verbeteringen zitten. Op deze manier kan er samen naar oplossingen gezocht worden. Tot slot is het belangrijk dat de leidinggevende laat merken dat de medewerker bij hem/haar terecht kan. Dit zal ervoor zorgen dat de medewerker sneller het gesprek aangaat wanneer er iets niet goed gaat (Post, Hoogbergen, Lettink, Raaijmakers, & Baart, 2016).

Verder uitwerken nog met theorie van Joriene Beks